ICP Orkest koestert meesterwerkjes Misha Mengelberg CONCERTRECENSIE. ICP Orkest, Beauforthuis Austerlitz, 17 oktober 2024 Oerswing
beeld: Ton van Leeuwen
door: Cyriel Pluimakers
Het ICP Orkest vormt een monument in de Nederlandse jazz. Na het overlijden van Misha Mengelberg, alweer zeven jaar geleden, heeft het ensemble met Guus Jansen aan de piano zichzelf opnieuw uitgevonden. Vanavond treden ze op in het in de Zeister bossen gelegen Beauforthuis. Een mooiere plek is nauwelijks denkbaar en op een of andere manier lijken hier muziek en natuur samen te gaan. Het optreden start met een eigen arrangement van ‘Happy-Go-Lucky Local’, een van Duke Ellington’s aan de trein gewijde composities. De voor dit vervoermiddel typerende geluiden worden driftig geïmiteerd en de musici laten de muziek knarsen in de beste ICP-traditie.
Dat het ICP Orkest zijn muziek, ook in perioden van tegenwind, meer dan levend houdt is een prestatie van formaat.
Heerlijk is het ook om Herbie Nichols’ ‘2300 Skidoo’ weer eens te horen, met de oerswing van drummer Han Bennink en contrabassist Ernst Glerum onverstoorbaar als een rots in de branding. Tenorsaxofonist Tobias Delius zorgt voor een passende stevige solo op tenorsaxofoon. Glerum vertelt dat er de afgelopen tijd veel nagelaten werk van Mengelberg boven water is gekomen tijdens een zolderopruiming en hieruit wordt de compositie ‘Maurits’ ten doop gehouden. Een stuk dat vergezeld gaat van een tekst vol seksuele toespelingen. De muziek klinkt als een geslaagd vluggertje dat afgesloten wordt met een ronduit rafelige mars.
Vogels
Mary Oliver schittert op altviool in ‘Baltimore Oriole’, afkomstig van Hoagy Carmichael. Een compositie, die een ode vormt aan de Amerikaanse lijster. Trombonist Joost Buis laat horen dat hij de plunger-techniek als geen ander onder de knie heeft. Mengelberg tekende ook voor het stuk ‘Een beetje zenuwachtig’ en hier zorgen trompettist Thomas Heberer en pianist Jansen voor vuurwerk. Het vogels-thema keert in alle heftigheid terug in een knerpend klarinet trio van Ab Baars, Joris Roelofs en Delius. De laatste brengt daarna op tenorsaxofonist zijn lyrische kant voor het voetlicht in ‘The Heron’, waar hij van repliek wordt gediend door Baars, die en passant ook nog een hommage brengt aan Albert Ayler: de muzikale profeet die de bakens van de jazz in de jaren zestig definitief heeft verzet.
Niemand kon lulligheid, humor, swing en genialiteit zo met elkaar vermengen als Mengelberg.
Prestatie
De muziek van Nichols keert terug in een nostalgisch klinkende versie van ‘House Party Starting’ en Buis mag nog een keer schitteren in Juan Tizol’s ‘Caravan’, een geheide klassieker. Roelofs wordt een hoofdrol toebedeeld in ‘Rollo 2’, ook al zo’n meesterwerkje van de unieke Mengelberg. Hij schittert op basklarinet, waarna Jansen achter de piano nog een stevige extra duit in het zakje doet. Met een fors salvo van de blazers wordt het stuk uitgeluid. Als afsluiter zingt Bennink ‘De Sprong O Romantiek Der Hazen’. Niemand kon lulligheid, humor, swing en genialiteit zo met elkaar vermengen als Mengelberg. Dat het ICP Orkest zijn muziek, ook in perioden van tegenwind, meer dan levend houdt is een prestatie van formaat.
© Jazzenzo 2010